1 maart 2017

De grutto

Nederland koos met grote meerderheid de Grutto in 2015 tot Nationale vogel. De Grutto is voor zijn broedgebied a ankelijk van het Nederlandse polderlandschap. De Grutto staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels. Rode Lijsten bevatten soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn.

Op hoge poten

De Grutto is een vogel die bijna net zo groot is als een duif. De vrouwtjes zijn iets groter dan de mannetjes. De Grutto stapt rond op hoge grijze poten en heeft een lange rechte snavel en een kastanje-roodbruine hals en borst. In het broedkleed is de snavel oranjegeel, uitlopend in een zwarte punt. De vrouwtjes zijn iets lichter van kleur en hun snavel is iets langer. In de winter worden alle Grutto’s vaalgrijsbruin en verbleekt de hele snavel naar bleekroze. Als de Grutto vliegt, vallen de witte strepen boven en onder de vleugels op. 

Roep van de Grutto

Een Grutto kan 10 tot 15 jaar oud worden. Op 4 mei 2011 vond een vogelliefhebber bij Krommenie een Grutto die in 1981 als kuiken was geringd. Dit is de oudste bekende Grutto, de vogel is 29 jaar 9 maanden en 8 dagen geworden.

De roep van de Grutto als hij op zoek is naar een partner klinkt als utto utto utto en aan deze roep dankt de Grutto zijn naam. Als je goed luistert roept de Grutto zich zelf. Hij roept zijn eigen naam verkeerd om to-gruut to-gruut. 

Weidevogel

De Grutto is een weidevogel en het liefst zit hij in vochtige, kruidenrijke graslanden met een goed bodemleven en volop insecten aan de oppervlakte. Als steltloper beweegt de Grutto zich gemakkelijk over het veld op zoek naar voedsel. Met de tere snavel zoekt hij tot diep in de zachte bodem naar diertjes. Tot grote vreugde van de boeren met vee eet een Grutto per dag meer dan duizend larven van de langpootmug. Tijdens de trektocht en in het overwinteringsgebied is de Grutto vegetariër en eet hij graszaden en rijstkorrels. 

Trekvogel

Trekvogels kennen geen grenzen. Wat ze nodig hebben is pleisterplaatsen om te overwinteren, voedsel vinden en bescherming tegen jagers. Groepen Grutto’s trekken vanaf juli en augustus zuidwaarts. Ze kunnen in drie dagen non stop 5000 kilometer vliegen, gemiddeld 70 km per uur. Vanuit Nederland over Frankrijk via Spanje en Portugal. Vaak vliegen ze in één ruk de Sahara over naar Senegal. Ze verhuizen in december en januari al naar Portugal. In februari komen de eerste Grutto’s terug om in april naar de weilanden te gaan om te broeden. De Grutto is honkvast en komt ieder jaar weer terug naar zijn geboortestreek.

Door enkele Grutto’s een zendertje om te doen, vergaren wetenschappers inzicht in trekgedrag, trekroutes en overwinteringsplekken. Met een unieke online volgmodule kan ook het grote publiek de Grutto’s volgen op hun reis van en naar Afrika. De Grutto Amalia werd in 2016 nauwlettend in de gaten gehouden op haar tocht van Friesland naar Afrika en weer terug. Toen ze in dat jaar thuis kwam, is er een feestje voor haar georganiseerd. 

Broeden

De belangrijkste broedgebieden van de Grutto in ons land zijn de veenweiden van Friesland en Noord- en Zuid-Holland. Tijdens het broedseizoen laat de Grutto spectaculaire baltsvluchten zien. Het vrouwtje beslist waar ze haar eieren gaat leggen. Het mannetje heeft in zijn territorium alvast een paar mooie nestkuilen voor haar gedraaid. Hij wacht tot zij hem volgt en duikt voorover zo’n kuiltje in. Het vrouwtje kijkt verveeld toe totdat zij beslist wat er gaat gebeuren. Na een dag of vijf liggen er vier olijfgroene of bruin gevlekte eieren netjes met de punten naar elkaar toe in het kuiltje. Mannetjes en vrouwtjes broeden samen in 23 dagen de eieren uit. De kuikens hebben een gelig gevlekt donspakje en zijn direct na de geboorte in staat om op te staan en weg te lopen. Ze hebben een kort donker snaveltje waarmee ze niet in de grond kunnen peuren. Ze gaan meteen op zoek naar voedsel. Het hoge gras zit in die tijd van het jaar vol vliegen, muggen en kevers.

De ouders zorgen goed voor hun jongen. Ze broeden graag in de buurt van soortgenoten. Komen er indringers te dichtbij de kuikens dan worden die met veel lawaai door de oudere vogels weggejaagd. De kuikens brengen de nacht door onder de warme veren van hun ouders. Ze kunnen zelf hun lichaams- temperatuur nog niet op peil houden en tijdens het voedsel zoeken, moeten ze af en toe terug naar vader of moeder om opgewarmd te worden.

Als de jongen vier weken oud zijn, kunnen ze vliegen en verhuizen ze met hun ouders naar moddervlakten
en onder water staande weilanden. Daar leren de jonge dieren insecten en wormen zoeken in de grond. Aan het eind van de zomer trekken de jongen mee naar Afrika. Deze jonge Grutto’s blijven meestal het volgend jaar in Afrika om pas in hun tweede jaar voor het eerst naar Nederland terug te komen. 

Steeds minder Grutto’s

De oorzaak dat er steeds minder Grutto’s overblijven, is door het volbouwen van belangrijke broedgebieden, de uitbreidende melkveehouderij, het werkenmet grote zware machines en de lage waterstand waardoor de grond keihard is en de vogels niet bij het voedsel kunnen. Bloemen en kruiden hebben plaats gemaakt voor snelgroeiend eiwitrijk gras als voedsel voor de koeien die dan meer melk geven. In dat gras zijn veel te weinig insecten voor de Grutto kuikens en het gras wordt vaak al gemaaid voordat de kuikens kunnen vliegen.

De overheid, natuurbeschermers, boeren en weidevogelwachters zetten zich steeds meer in voor een goed weidevogelbeheer. Vrijwilligers werken samen met boeren en markeren de nesten zodat de boeren er rekening mee kunnen houden. Boeren zorgen dat het waterpeil hoog blijft zodat de weilanden drassig zijn. Ook maaien ze een deel van het weiland niet kaal zodat de jonge Grutto op kan groeien tussen het gras. 

Opmerking

Dit themaverhaal is gemaakt door een vrijwilliger van de Delftse Natuurwacht. Uiteraard doen wij altijd ons uiterste best om bij teksten of afbeeldingen de juiste bronvermelding te plaatsen. Wanneer u desondanks van mening bent dat ten onrechte een tekst of afbeelding is geplaatst, of de gewenste bronvermelding ontbreekt, neemt u dan alstublieft direct contact op met ons: vragen@natuurwacht.nl. We zullen dit dan zo snel mogelijk herstellen.

Meer themaverhalen

ontworpen door: Anna Sivera van der Sluis, gebouwd door: Frank Samwel